Joyce van den Heuvel reisde voor Meridian Travel door Australië en bezocht een aantal nationale parken, indrukwekkende natuurverschijnselen en relaxte steden. Soms alleen, soms met honderden medereizigers. Over land en over water. Een verslag.
Meteen na aankomst in Australië verken ik de gezellige stad Perth aan de westkust. Op de brede Swanrivier beoefenen mannen en vrouwen verschillende watersporten. Ik kies voor een goede visschotel in het restaurant A Fishy Affair voordat ik doorreis naar Alice Springs.
Rondwandelingen
Na een vlucht van tweeënhalf uur kom ik aan in het zogenaamde Red Center. Vanuit hier start mijn driedaagse reis langs Uluru (Ayers Rock), Kata Tjuta en de Kings Canyon-kloof. Eenmaal onderweg rijden we al snel op een schijnbaar eindeloze weg van ruim 200 kilometer. Als we aankomen bij Kata Tjuta ben ik gelijk stil. Het is een imponerende, meer dan 500 meter hoge rotsformatie in de outback. Niet lang na dit bezoek is het tijd om dé Uluṟu te aanschouwen. Zeer beheerst trapt de gids iets harder op het gaspedaal om zo de laatste vrije (picknick)tafel in beslag te kunnen nemen. Hier installeren we ons met wijn-uit-zak (typisch Australisch) en borrelhapjes. Voor de nodige foto’s sta ik inmiddels op de tafel om over de andere toeristen heen te kunnen kijken. Met wijn in de hand geniet ik van de steeds veranderende kleur van de rots. Even vergeet ik de honderden toeristen om ons heen.
Bij zonsopgang is Uluru even indrukwekkend tijdens een wandeling om de rotsformatie. De gids vertelt ondertussen over de geschiedenis van de Aboriginals. Ik maak ook een ochtendwandeling door Kings Canyon. Dit ruige natuurgebied wordt vaak met de Grand Canyon in Arizona vergeleken. ’s Avonds slaap ik buiten, onder de heldere sterrenhemel.
Na dit avontuur is het tijd om terug te reizen naar Alice Springs en het outbackavontuur af te sluiten in Mr. Bojangles, een berucht café. De plaatselijke radio wordt hier opgenomen en terwijl je meezingt, kunnen vrienden of familie thuis dus meegenieten via internet.
Kakadu
Na een binnenlandse vlucht van twee uur kom ik aan in het noordelijk gelegen Darwin. Hiervandaan start mijn vijfdaagse reis naar onder andere het nationale park Kakadu en Katherine. Eerst reis ik naar nationaal park Litchfield, gelegen in de Tabletop Range, een zandsteenplateau in de Top End waar meerdere riviertjes ontspringen. De verkoeling van de natuurlijke waterbronnen is erg welkom bij temperaturen van boven de 35°C. De 50 kilometer lange Katherinekloof bekijk ik vanaf een boot in de Katherinerivier om vervolgens over onverharde wegen verder te rijden in een 4x4. Op naar het nationale park en tevens Werelderfgoed Kakadu. Ik bezoek hier watervallen, uitzichtpunten en rotsen en bestudeer rotstekeningen en termietenhopen. Elke stop is bijzonder en het verbaast me niets dat dit nationale park tot één van de mooiste parken ter wereld wordt gerekend.
Springende krokodillen
Via de noordkant van Kakadu verlaat ik het park richting de Mary River Wetlands. Hier wacht mij een boottocht door het moerasgebied waar meer dan 250 verschillende diersoorten leven, waaronder de mensetende zoutwaterkrokodil. Nadat de zeer jonge schipper nog even benadrukt dat onze levens in zijn handen liggen voor de komende twee uur, wordt de motor gestart en kunnen we niet meer terug. Dit is maar goed ook, want even later geniet ik met volle teugen van dit moerasgebied, waar we ook nog alle zeldzame dieren zien.
Die middag beleef ik een nog groter avontuur tijdens wederom een riviercruise, waarbij zoutwaterkrokodillen ver boven het water uitspringen om naar vlees aan hengels te happen. Die worden op het juiste moment omhoog getrokken, zodat deze gigantische krokodillen van soms wel vier meter lang met open bek -en zéér veel tanden- omhoog happen.
Met dit spektakel eindig ik mijn reis. Eenmaal terug in Darwin vliegen we naar Perth en vervolgens terug naar Nederland. Ik heb de douanebeambte beloofd zeker nog een keer terug te komen. n
Door Joyce van den Heuvel, Australië-specialist bij NBBS Reizen