Wie in november onvoorbereid in het kustplaatsje Oamaru in North Otago terechtkomt, zou kunnen denken dat dit een authentiek Victoriaans openluchtmuseum is, waar alle burgers de geschiedenis tot leven brengen door manden te weven, boeken te binden of leren leidsels te looien. Dit is allemaal waar, maar Oamaru is meer dan een museum: de prachtige oude warenhuizen en graanwinkels zijn écht, net als de boordloze overhemden en hooggesnoerde laarzen die de bevolking eerder vanuit overtuiging dan volgens voorschrift draagt.
Rond 1890 werd Vadertje Tijd in Oamaru gearresteerd, om levenslang vastgehouden te worden. Hoewel het hier niet verplicht is om lange rokken en baarden te dragen, kijkt niemand ervan op. Zelden hebben Nieuw-Zeelanders hun hart en ziel én garderobe zo nauwkeurig gewijd aan de architectuur van een tijdperk, als de kunstenaars, ambachtslieden en excentriekelingen die Oamaru aan het einde van de twintigste eeuw bevolkten.
Toen het station van Oamaru in 1900 werd verplaatst naar het noorden van het dorp, verdween het commerciële centrum uit het oude gedeelte van Oamaru. De burgers kwamen echter nooit toe aan het afbreken van de leegstaande handelstempels, en in 1988 werd de Whitestone Civic Trust opgezet om Nieuw-Zeelands meest complete collectie Victoriaanse architectuur te restaureren en te conserveren. Nu worden in november jaarlijks erfgoedvieringen gehouden, met een historische fietstocht, de wereldkampioenschappen steenzagen en Victoriaanse feesten. Iedereen is van harte uitgenodigd, namens alle Oamaruanen!
Terug in de tijd
De ontwikkelingen in het afgelegen Oamaru liepen door de jaren heen verbazingwekkend genoeg zeer gelijk aan internationale ontwikkelingen. Toen in 1852 de bewoonde wereld zich bezighield met ‘behuizing', schreven Nathaniel Hawthorne The House of The Seven Gables, Charles Dickens Bleak House en Harriet Beecher Stowe De negerhut van oom Tom. De Engelsman Hugh Robeson bouwde precies een jaar later het eerste huis in Oamaru, een éénkamerstulpje van vlas en modder. Robeson kocht 'Run No. 15', een stuk grond die de provinciale overheid in 1840 aan welwillende boeren in Engeland had verkocht. In 1850 kwam hij zelf een kijkje nemen, vergezeld door 2.700 schapen en 47 stuks kleinvee. Hoewel zijn voorgangers werden afgeschrikt door de omgeving, raakte Robeson geboeid en besloot te blijven.
Ook 1869 bleek een groots jaar voor de aarde: Amerika ging gebukt onder een burgeroorlog, de tsaar ontsloeg zijn lijfeigenen, Dickens schreef Great Expectations en ook in Oamaru gebeurde iets. De brug over Oamaru's naamgevende beek werd aangelegd. Negen jaar later werd de brug verbreed tot er een ossenkar met gemak kon keren, wat haar de breedste en kortste brug op het zuidelijk halfrond maakte.
En hiermee houdt de lugubere gelijke tred met de tijd niet op. Als Anna Karenina zich in Tolstoy's gelijknamige boek uit 1874 voor de trein werpt, wordt tegelijkertijd in Oamaru een station gebouwd. Het dorp is inmiddels verworden tot een druk knooppunt met zo'n zesduizend inwoners, en meer dan twintig bordelen. Welvaart, stabiliteit en burgerlijke trots die hun oorsprong vonden in de graan-, wol- en bevroren-vleesindustrie kwamen tot uiting in schitterend gedetailleerde gebouwen die werden opgetrokken uit lokaal, roomwit kalksteen.
Hoogtepunten
Koningin Victoria zelf zou geen moment getwijfeld hebben om een kwartje te leggen op het schoteltje van de publieke toiletten naast het I-Site Information Centre, misschien zelfs wel na een kopje thee en een broodje genuttigd te hebben in een van de ouderwetse tearooms die het dorpje rijk is. Ze zou zich hier thuis gevoeld hebben. En ook een vergeelde advertentie voor Lane's Emulsion (Good For Young and Old), dat hier tot voor kort nog werd gebrouwen, neemt je mee naar vroeger tijden. Oamaru staat bekend om haar heerlijke Whitestone Cheese, om de plaatselijke steengroeve, en om auteur Janet Frame, die in Oamaru opgroeide. Nieuwkomers beginnen hun verkenningstocht van Oamaru in de statige oude warenhuizen aan Harbour en Tyne Streets. Hier runnen de ouderwetse burgers hun zaakjes – Victoriaanse kostuumfotografen, boekbinders, biologische kleingrutters, kunstenaars – in een wijk die bekend staat als The Victorian Town At Work – ‘de Victoriaanse Stad in Actie'.
Verdere hoogtepunten in de gegoede middenstand ter plaatse zijn de kleine Holy Shop, tegenover de Basiliek aan Reed Street, en dierenspeciaalzaak Four Paws Pantry aan Thames Street, waar kerngezonde kleine katjes de kwaliteit van het zelfgemixte kattenvoer met glanzende ogen en dito vacht bevestigen. Het dorpje heeft bovendien leuke tweedehandszaken en enkele gezellige cafés en restaurants waar het gedegen eten en drinken is.
Pinguïns
Oamaru wordt bevolkt door de meest noordelijk aangetroffen kolonie pinguïns, met onder andere de zeer zeldzame hoiho (geelogige pinguïn) en massa's kleine blauwe exemplaren. Na een hele dag vissen, watertrappelen de vogels wat rond voor de kust terwijl ze het strand verkennen, op zoek naar honden en ander ongewenst gezelschap. Zodra het mogelijk is kruipen ze het strand op voor een heerlijke rustpauze in het mulle zand. Uiteindelijk waggelen de pinguïns weer terug naar de beboste oever, waar hun nesten liggen. Het kost een pinguïnkoppel een week om een nest te bouwen, ze hebben daarna een verpletterende uitzicht over de oceaan. Voor wie een maatje minder ook interessant vindt, is er de blauwe pinguïnkolonie. Vooral bij zonsondergang speelt zich een grappig tafereel af. Bijna schildpadachtig klimmen de kleine, schattige diertjes uit zee tegen de rotsen op om zich eenmaal boven af te drogen en hun veren op te poetsen voor een volgende dag in zee.